Tom Helmer zag ‘Elckerlyc’ van Karina Kroft HREF=’maxi/elckerlyc.php’
Tijdens het eten op maandag 24 juni werd het langverwachte Theater Triviant gepresenteerd door theorie-docente Marianne Fennema.
Willem de Vlam zag ‘Hamlet’ van Christiaan Mooij. HREF=’maxi/hamlet.php’
Een gesprek met Christiaan Mooij. HREF=’profielen/christiaan.php’
Gelukkig was Moose later op de dag getuige van een nog veel historischer moment. In het Cosmic theater tijdens Het Andere Festival, bij de voorstelling ‘Tenminste houdbaar tot’ van de mime-opleiding, was het hele eindexamenjaar 2001 bij elkaar. Ze waren zelf ook aangenaam verrast elkaar weer eens te zien. Hoe gaat het nu met ze? Marcus Azzini was blij dat Brazilië had gewonnen, had een onhandige envelop bij zich met een publiciteitsfoto voor zijn nieuwe voorstelling en was behoorlijk uitgeput aan het raken van het ITs en de Regiedagen. Hij had daar de nodige voorstellingen begeleid (‘Het verdwijnt vanzelf’, ‘Wapenfeiten’, ‘Onbesuisd optreden’) en moest ook even een aantal jonge, frisse acteurs scouten.
Lotte van den Berg was bruin en moe van Oerol waar ze de voorstelling ‘Het mensenmuseum’ had gemaakt. Verder wist ze ons te vertellen dat haar voorstelling ‘Oeboe’ behalve op Lowlands ook nog op het Noorderzonfestival staat en dat daar een hele grote gele hijskraan voor wordt gehuurd, wat ons spectaculair in de oren klinkt. Een verrassend uitgeruste Olivier Provily gaat na ‘Winter’ in het Gasthuis nog een stuk van John Fosse doen, dit keer in de toneelschuur. Nu heeft hij vakantie. Wat een plannen, maar komen ze nog naar De Regiedagen? Ze zijn het wel van plan…
Woensdag 26 juni was het Filmdag op de Regiedagen. Na een succesvolle eerste editie tijdens de Regiedagen 2001, wilde de organisatie de verschillen in regisseren tussen theater- en filmstudenten verder ontdekken. Onze dagreporter Giselle Vegter ontdekte dat het contact met de andere studenten haar bewuster doet kijken naar beeld, tekst en acteurs. In gecombineerde groepen (1 theaterstudent, 1 regiestudent en 2 acteurs) werd er gewerkt met theatertekst (‘Hartstuk’ van Heiner Müller) en filmtekst (een scène tussen Ilsa en Rick uit ‘Casablanca’). Het deed er niet toe wat er gemaakt werd; film, theater of een combinatie van beide. Het belangrijkste was om in gesprek te raken over de verschillende benaderingen.
In het zonnetje gezeten op een bekend terras aan de Lindengracht heeft mijn groep eerst uitgebreid gepraat over de verschillende opleidingen. Thomas (3e jaars Filmacademie), Giselle (2e jaars Theaterschool), Jacqueline (3e jaars Kleinkunst) en Ruben (1e jaar Toneel en Kleinkunst) spraken over hoe hun lesprogramma is opgebouwd, wat je leert van docenten en begeleiders en hoe je zelf je weg vindt. Zowel op de Theaterschool als op de Filmacademie blijken de studenten behoorlijk zelfstandig te moeten werken en moeten ze kritisch zijn over hun opleiding. Discussies over het Nederlandse subsidiestelsel voor film en theater volgen en met als belangrijkste vraag hoe wij daar straks in zullen moeten gaan werken.
Wanneer we ons buigen over de teksten wordt al snel voor ‘Hartstuk’ gekozen, omdat de abstractie van de tekst ons aanspreekt en ons mogelijkheden biedt. Met z’n vieren associëren we over de tekst, waar hij over gaat, de beelden die hij op roept. Het gaat om een ontmoeting tussen iemand die zijn hart aanbiedt; het blijkt echter een baksteen te zijn. Het beeld van iemand die door de stad loopt op zoek naar iemand om zijn hart aan te geven kan worden doemt op. In dit gesprek blijkt al een beetje hoe Giselle denkt in de sfeer en de betekenis van het filmpje, terwijl Thomas zich afvraagt hoe dit in beeld te zetten en waarom.
Na de lunch voegt Chai (3e jaars Filmacademie) zich bij ons en in ons gesprek blijven de ideeën rondcirkelen. Chai stelt voor aan het werk te gaan en iedere regisseur zijn eigen idee te laten uitproberen om niet te verzanden in het praten. Chai regisseert de tekst als een relatie die uit gaat omdat personage 1 zijn hart geeft, terwijl personage 2 ontdekt dat dit een baksteen is. Een psychologisch realistische benadering van een abstracte tekst. We helpen elkaar in het regisseren van de acteurs, Chai probeert de intenties van de acteurs te benoemen, Giselle probeert één speluitgangspunt te vinden voor de acteurs. De scène begint redelijk te werken en de tekst krijgt de betekenis van een gesprek tussen twee geliefden.
Thomas maakt van zijn acteurs twee tortelduiven die steentjes naar elkaar gooien in het water. De laatste steen blijkt een baksteen te zijn. Terwijl Thomas aanwijzingen staan te geven praten Giselle en Chai over hoe zij de scène zouden aanpakken. Giselle zou de acteurs de vrijheid willen geven zelf dingen te ontdekken vanuit één spelopdracht, waarmee één spanningsboog wordt gemaakt. Chai vertelt hoe een filmregisseur in kortere fragmenten kijkt en denkt en pas in de montagekamer een gehele spanningsboog maakt. Een verschil dat direct volgt uit het verschil in de media en wat duidelijk van invloed is op het omgaan met acteurs. Deze moeten bij de film op het moment presteren, soms vanuit geen enkele voorafgaande gebeurtenis. In het repetitieproces van een theatervoorstelling bouwt zich langzaam een vertrouwen en ontstaat de wereld van het stuk, de voorstelling.
Giselle wil tenslotte het eerste idee van de ochtend uitproberen, de weg door de stad achter een vrouw aan die haar hart voor iemand zijn voeten wil leggen. Ze wil het technisch niet voorbereiden, maar kijken wat er gebeurt op straat. Dat resulteert in een boel gehobbel met de camera, accu’s die eruit schieten, bijna-ongelukken met andere weggebruikers en een vreemd kader als de ontmoeting plaats vindt. Thomas helpt door uit te leggen wat een ‘dramatische as’ betekent in de film: de invalshoek van de toeschouwer is minder spannend wanneer je haaks op een ontmoeting tussen twee mensen kijkt dan wanneer je één van de twee in het gezicht filmt. Dan wordt de toeschouwer onderdeel van de beleving van één van de personages. Zo’n precieze benadering van mise-en-scène moet natuurlijk van tevoren bepaald worden bij het filmen, terwijl in theater dit gaandeweg een repetitieproces ontstaat.
Tijdens de presentaties en de nagesprekken met de andere groepen gaat het vaak over het verschil in denken van de film en de theaterstudent. Wat zie je voor je als je een tekst leest; filmbeelden of een theatervloer? Gek genoeg is dit voor de meesten een filmbeeld. Het repeteren zoals in theater gebeurt kan bij film minder door de tijd (en het geld) dat dit kost, en het technische apparaat eromheen bepaalt enorm het werken van een regisseur. Toch zijn we allemaal in de kern naar hetzelfde op zoek: hoe je een verhaal in beelden vertelt en hoe je spanning geeft aan datgene wat je toont.
Even uitgefestivald? Bent u inmiddels zo vermoeid dat u zich afvraagt of u überhaupt het eindfeest van het ITs haalt? Om ons heen zien we dat het zien en maken van al die voorstellingen duidelijk hun tol eisen. Natuurlijk, neem het er even van; ga een frisse neus halen, een beetje bijbruinen en slapen. Maar dan… Het gaat al snel weer kriebelen. Check nog even onze Zomerfestivalhoroscoop om te kijken of er voor u nog wat theater in zit of dat u van de sterren met een breezer op het strand mag. HREF=’/inhoud/meningen/columns/horoscoop/0205.php’
Vanavond is om 23:00 uur in Frascati de uitreiking van de Ton Lutzprijs, de prijs voor de meestbelovende regiestudent. Natuurlijk komt het hele eindexamenjaar in aanmerking voor deze prijs. Moose heeft ondanks al haar contacten in het veld geen flauw idee wie er gaat winnen. De regie-opleiding Amsterdam maakt veel kans omdat ze met zoveel zijn, maar aan de andere kant is de prijs al twee keer naar Amsterdam gegaan en wil de jury wellicht niet beschuldigd worden van Amsterdam-centrisme.
Inmiddels hoorden we op de Lindengracht al iemand mistroostig zeggen dat Amsterdam hem toch niet krijgt. Wat lopen ze dan mis? Wat zit er nou allemaal in dat rugzakje en wie wonnen het al eerder? Kijk het na op www.toneelprijzen.nl en misschien valt de jury op het allerlaatst nog wel te beïnvloeden.
De laatste: Corrina Oomen HREF=’profielen/corrina.php’
Er zijn geen minirecensies gevonden.
1997. Theatergroepen hadden namen als Bewth, Independance, Het Oranjehotel, Carrousel, Art & Pro, De Federatie of Theater van het Oosten. Het Ministerie van OC&W stond in Zoetermeer, Aad Nuis was er staatssecretaris. Websites bouwde je in HTML.